De laatste tijd begint ons land steeds meer op een schoolklas te lijken. De Nederlandse bevolking als schoolklas in het klaslokaal dat Nederland heet. En iedereen heeft binnen die klas zijn of haar eigen rol. Ik zie het kabinet Rutte als een ware leerkracht met alle macht proberen de schoolklas een bepaalde kant op te brengen. De stijl van de leerkracht is die van een die goed luistert en de neiging heeft vooral op te pikken wat de grootbekken in de klas willen. Als zij graag hard over het schoolplein willen rennen, dan verhogen we gewoon in recordtempo de maximum snelheid. Als zij er geen kinderen uit andere klassen meer bij willen hebben, dan gaan we dat gewoon regelen met de schooldirecteur van het Europa College.
Frustratie
In de schoolklas Nederland is er ook de overheid die als een echte klassendienst klusjes opknapt voor de leerkracht en bijna altijd met argusogen wordt gevolgd door de andere kinderen. En wat dacht je van de klassenvertegenwoordigers? Ze roepen van alles om goed in de groep te liggen maar lijken ondertussen als het er echt op aan komt maar barweinig klaar te maken. Algemeen heerst het gevoel dat vooral de klassenvertegenwoordigers die het goed met elkaar kunnen vinden en lekker in de groep liggen dingen voor elkaar krijgen. Dit dan weer tot grote frustratie van degenen die zich niet gehoord voelen.
Zoals in iedere klas heeft ook Nederland een kletsgroepje. Ze hokken bij elkaar, kijken rond en hebben op iedereen wat. En alles wat ze over anderen hebben op te merken wordt uiteraard ook doorverteld en als het even kan breed uitgemeten. Ook wanneer dat eigenlijk helemaal niet ter zake doet. Dus wanneer Geert en Martin een foute vlag voor hun raam hebben hangen, dan maken ze er met hun mobiel een foto van en laten die aan iedereen zien. Zie je wel, ze horen bij die foute club die die vlag ooit vroeger een keer voerde. En wanneer die irritante Gretta een keer tijdens de dodenherdenking hard door de stilte heen praatte dan gooien we dat gelijk op YouTube. Kijk toch eens wat die maffe griet nou weer heeft gedaan.
Sfeer
Natuurlijk doet de leerkracht iedere dag diens uiterste best om de klas te managen en ook de klassenvertegenwoordigers en klassendienst hebben de beste motieven. En uiteraard geven de kinderen die steeds weer in het kletsgroepje worden genoemd ook aanleiding voor gepraat. Maar toch is al het gedoe in de klas niet bevorderlijk voor de sfeer.
Wanneer zoiets in een schoolklas gebeurt is het de taak van de leerkracht om het gedoe een halt toe te roepen en te zorgen voor een positieve atmosfeer waarin iedereen tot zijn of haar recht komt. De leerkracht is tenslotte de enige volwassene in de groep die de klas de goede kant op stuurt door kinderen die de fout in gaan te corrigeren en het onderlinge respect tussen de kinderen te bevorderen. Tot zover de vergelijking met de schoolklas, Nederland is namelijk geen schoolklas, maar een samenleving. De genoemde rollen in mijn voorbeeld worden allen bekleed door volwassenen, of het nu bewindslieden zijn, ambtenaren, volksvertegenwoordigers, journalisten of de gewone werkende Nederlander - welke paspoorten deze ook op zak heeft overigens, maar dat ter zijde. In dit land hebben we allen als volwassenen de taak om te zorgen voor een positieve sfeer. Dat betekent dus dat iedereen daarin een eigen verantwoordelijkheid heeft.
Complottheorieën
Dus niet direct naar de overheid wijzen wanneer dingen beter kunnen, maar kijken of je zelf een bijdrage kunt leveren. Niet gelijk roepen dat er minder ambtenaren moeten komen omdat ze toch allemaal hun eigen gang gaan en een mysterieuze niet te beheersen macht vormen. Vergeet niet dat een groot deel van de beroepsbevolking in overheidsdienst is en het werk doet zoals ieder ander. Ook moeten we niet in hokjes denken en reageren op ieder ding wat we zien. Wanneer een bepaalde politieke partij zich bedient van historische symbolen moeten we ons wel in de hele geschiedenis verdiepen en niet direct iets plaatsen in de context van de Tweede Wereldoorlog – een episode die overigens op een of andere manier een soort referentiekader vormt voor alle terreinen van onze maatschappij. Met name van de journalisten mag je verwachten dat zij als professionals met analytisch denkvermogen de rest van de bevolking informeren over wat er gaande is. Daarbij een kritische houding aannemend, maar niet direct vervallend in complottheorieën of clichés. Overigens wil ik hierbij opmerken dat iedere weldenkende Nederlander hierin zijn of haar verantwoordelijkheid heeft. Het is niet altijd ‘de schuld van de media’.
Tetterende politici
De moraal van het verhaal is kortom dat iedereen in zijn of haar eigen rol een verantwoordelijkheid heeft. Of dat nu is als bewindspersoon, overheidsdienaar, journalist of welke rol je ook in de maatschappij hebt. Wanneer we dat met elkaar doen zijn we volgens mij veel minder gefocust op gedoe en hebben we ook wat meer ruimte om eens wat meer om ons heen te kijken. Want laten we eerlijk zijn. De bureaucratische molens van de overheid in ons land vallen toch in het niet vergeleken bij de tanks van Assad, de 80-kilometerzones ten noorden van Rotterdam zijn niets vergeleken met de modderwegen in Centraal-Afrika en de tetterende politici van de populistische partijen heb ik zelf duizend keer liever dan de terroristen van de Farc of van Hamas.
Mogen we dan helemaal niet klagen, moeten we alle dingen die in onze ogen verkeerd gaan verzwijgen? Absoluut niet. Maar we moeten alle problemen die we tegenkomen wel in de juiste proporties zien. De PVV is geen nieuwe generatie NSB-ers, maar een partij die – weliswaar op een in mijn ogen verkeerde wijze – een reëel probleem aan de kaak stelt. Namelijk crimineel en intimiderend gedrag van een sociale onderklasse die vooral uit migranten bestaat. En de overheid is geen groot monster dat als het even kan erop uit is om de eigen bevolking in een bureaucratische tang te nemen. En wanneer we toch het gevoel hebben dat dit gebeurt dan hangt dat vaak direct samen met onze eigen instelling om de overheid op te dragen van alles te regelen.
Ik kan zo nog wel uren doorgaan met dit betoog. Ik denk dat het punt helder is. We hebben in onze samenleving zeker te maken met dingen die het leven soms onaangenaam maken. En er zijn soms mensen die dingen roepen waar je als weldenkende burger vraagtekens bij zet. Maar wanneer we bij dat alles oprecht geïnteresseerd zijn in de motieven van de ander en in staat zijn om de dingen in de juiste proporties te zien dan stoppen we met het bestoken van anderen met clichés en het beklagen van ons eigen leventje en kijken we vooral naar hoe we zelf in onze eigen rol het goede kunnen doen.